verwerven en bezitten
Klik hier om direct naar de videostudie te gaan
Er is iets vreemds aan de hand met het Hebreeuws. Er ontbreekt een werkwoord. En het is ook nog eens een werkwoord dat wij heel vaak gebruiken. In het Hebreeuws bestaat er geen werkwoord hebben, bezitten. En toch gaat de videostudie van vandaag over verwerven. Hoe kun je nu wel iets ‘verwerven’, maar niet iets ‘hebben’?

Als het Hebreeuws een soort bezitsverhouding wil aanduiden, wordt daar een speciale constructie voor gebruikt. Je kan het vertalen met ‘Voor mij is er…’. Je hebt dus niet een huis, en je hebt geen man of vrouw, maar voor jou is er een huis, of een man, of wat dan ook. Alles wat je verwerft, word je uiteindelijk door God gegeven. Dat lijkt tegenstrijdig, maar bekijk het eens zo: de mogelijkheden die je kreeg om te verwerven wat je nu ‘hebt’, die mogelijkheden heb je niet zelf gecreëerd. Je hebt ze benut, en zodoende zijn er nu voor jou je ‘verworvenheden’.
Nog een gedachte: een Hebreeuwse manier van denken is dat wat er voor jou is, aan jou gegeven is om van te genieten, maar ook om in te zetten voor je medemensen. Als je die gedachte tot je door laat dringen, welke consequenties heeft dat dan voor hoe jij naar je bezit kijkt? En naar je verstand, je capaciteiten?
De videostudie van vandaag gaat over qánáh, verwerven, kopen.